Beste meneer Heijkamp,
Wij mailen u namens huize De Lindenburgh, het huis waar Frans van Keulen woont. We waren twee weken geleden bij Frans een heel weekend op bezoek. We hebben namelijk elk jaar een huisweekend bij iemand zijn ouders. Hierbij wilden wij op zondag (1 oktober) ook mee naar de Ger. Gem.. Aangezien velen van ons daar nog nooit binnen waren geweest, was dit voor ons helemaal nieuw. Wij zijn een diverse groep mensen komend van uiteenlopende kerkelijke achtergronden, waardoor er uiteraard ook wel eens meningsverschillen zijn op dit gebied. Maar toen wij zondagochtend bij u in de dienst zaten, schrokken wij toch wel. Aangezien de intentie en de boodschap van deze preek heel erg veel vragen opleverden. Na de dienst hadden we een hoop redenen om u eens te mailen, om onze vragen beantwoord te krijgen. Hier volgen de vragen:
- U heeft het over (vuile) zonden, waarom houdt u dat zo algemeen en geeft u er geen voorbeelden van?
- Waarom eindigt het hierbij? Wij vinden het goed dat u over onze slechte eigenschappen predikt, maar waarom is de tweezijdigheid van het geloof dan niet merkbaar in deze prediking?
- God zegt dat wij zonder voorwaarden naar Hem toe mogen komen. Waarom wordt er dan de indruk gewekt dat wij alleen met een hele hoop zondekennis tot Hem kunnen komen? Dit is toch tegenstrijdig, aangezien dit uit de preek wel een voorwaarde lijkt te zijn. Zelfs als hoogmoedig persoon zou je tot God moeten kunnen komen, toch?
- U zegt dat we heel erg achteruit moeten kijken op onze zonden om het bloed van Jezus te kunnen zien in ons leven (aan het avondmaal te kunnen gaan), in plaats van naar voren te kijken. We erkennen dat de zonde van de mens, God pijn doen. Maar we geloven ook van harte dat, hoe pijnlijk die zonde ook zijn voor God, door het bloed van Jezus Christus de zonden tussen de mens en God zijn weggenomen. En dat we daardoor zonder voorwaarden voor Gods aangezicht mogen verschijnen. Dat is geen vrijbrief om niet meer over je zonde na te denken. Maar we snappen alleen niet waarom de focus dan zo eenzijdig is op de zonde. Want met het avondmaal vieren we juist dat het bloed van jezus christus ons reinigt. Waarom moet het zondebesef leiden tot walging van jezelf? En waarom is dit zo belangrijk?
- Waarom moet je walgen van jezelf. Als je een relatie met iemand hebt waarvan de een walgt van zichzelf, dan krijg je toch totaal een scheve verhouding binnen die relatie. Juist door Jezus zijn bloed wordt die relatie toch inniger. En kan je dichter bij God komen. Waarom dan die walging, dit drijft toch alleen maar uit elkaar?
- Wij proefden uit uw preek dat het doel van zondekennis is onszelf door het slijk te halen/straffen. Is het niet juist zo dat het doel van onze zondekennis is bij onszelf te rade te gaan hoe we beter en met minder zonden kunnen leven en hoe we op basis daarvan beter Gods Wil kunnen volbrengen, uit liefde voor de genade die Hij ons geeft? We hadden het idee dat het in uw preek ophield bij de zondekennis, maar wij hadden graag gehoord wat we met onze zondekennis kunnen doen om te bouwen aan Gods Koninkrijk.
Hartelijke Groet,
Broederhuis de Lindenburgh
PS: Extra vraag waar we onduidelijkheid over hadden: Wat is de rol van de mens voor God, door uw preekt lijkt het eigenlijk dat de mensen voor God maar een beetje in de weg lopen en dat ze Hem tot last zijn. Waarom zijn we er als mens?
Aanpassingen graag hieronder zetten. Ook extra vragen